Vanmiddag
sprak ik een vriend van mij. Omdat ik pastor ben, en hij geïnteresseerd in
theologie, spreken we vaak over kerkzaken. De Bijbel, theologische
verhandelingen, kerkpolitiek. Gewoon, omdat het kan.
Het gesprek
van vanmiddag verliep anders dan ik had verwacht. Ditmaal moest de pastor in
mij naar boven komen. Een luisterend oor avant la lettre. Mijn vriend vertelde
dat hij in verwarring is, al een aantal jaar. Of nou ja, verwarring? In ieder
geval ervaart hij zichzelf steeds meer als opstandig.
Enorm opstandig.
Alsof hij inwendig een Syrische Opstand voert.
Deze opstand
gaat niet tegen de demonen of duivelse krachten. Deze opstand is veel
subtieler, zei mijn vriend. Het gaat namelijk tegen Opwekking en de hele
muzikale ontwikkeling binnen zijn kerk.
Mijn vriend
behoort tot een van de traditionele gereformeerde kerken, een van de laatste ‘zuilen’
uit de vorige samenleving. Steeds vaker wordt afscheid genomen van de psalmen,
gezangen en geestelijke hymnen. Meer een meer wordt Opwekking gezongen. Of Sela.
Kees Kraaijenoord.
Want dat wil
de jeugd.
Maar mijn
vriend niet, hoewel hij wel degelijk nog tot de jeugd behoort.
Hij vertelde:
‘Al die
Opwekking en Sela en dat soort muziek, daar krijg ik jeuk van. Ik herken me
daar totaal niet in, het staat volledig buiten mijn wereld. Het beeld uit die
muziek komt totaal niet overeen met mijn wereldbeeld.
Maar ik wordt
wel gedwongen om mee te zingen. Want dat moet. De jeugd wil vernieuwing, en ik
ben jeugd, dus ik moet wel vóór zijn voor deze ontwikkeling. Maar dat ben ik
dus niet. Ik zing liever een psalm van David, dat al eeuwen oud is, met
orgelbegeleiding, dan een hippe song van Sela.
Na een ‘Opwekkingsdienst’,
met veel nieuwe liederen, wil ik snel naar huis. Tijd om mijn eigen muziek op
te zetten. Dat wordt dan vaak stevige kost. Bob Dylan (altijd wel goed), Tom Waits,
Nick Cave. Een goede compensatie voor het zoetsappige uit de kerk.
Maar ben ik
dan zo uniek? Ben ik de enige jongere die vervreemd raakt van mijn eigen
generatie? De dictatuur van mijn zuil is nu de dictatuur van Opwekking. En dat
bevalt me niet.
Het is alsof
ik een Syrische Opstand in mij ervaar. Waarbij “Opwekking” gelijk staat aan
Assad. Dat is vanzelfsprekend geen compliment. Ik weet dat ik het nu sterk
neerzet, domi, maar dat moet ik wel doen. Anders komt mijn boodschap niet over.
Help me,
vriend. Anders radicaliseer ik. En dat is voor niemand goed.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten